Nonverbale communicatie in het schaatsen
Vandaag begint het NK Afstanden. Fijn, ik heb er naar uitgekeken. Het is wel jammer dat zoveel schaatsers geblesseerd zijn, sommige zelfs ernstig. Sneu voor de schaatsers, en niet alleen om de blessures: er zijn ook kaarten voor de Worldcup te vergeven. Maar goed, daar heb ik het wel over op mijn site Schaatsreporter.nl.
Nonverbale communicatie is everywhere in het schaatsen. Denk aan het contact tussen starter en schaatser, 1 tot 1,1 seconde voor het startschot. Denk aan de ontlading bij een overwinning (Erben Wennemars!). Maar ook het contact tussen publiek en schaatser.
Eerst voel je de stilte bij de start van de wedstrijden. Dan komt het juichen wanneer de schaatser voorbij rijdt. De menigte wappert met oranje versieringen en spandoeken en deint mee op het getjingboem van het dweilorkest. Als schaatspubliek in Thialf heb je geen individuele stem (probeer er maar eens boven uit te komen!). Alle nonverbale communicatie van het publiek staat in het teken van verbondenheid met de schaatsers. En om verbonden te zijn met elkaar, schaatsliefhebbers onderling. Schaatssport verbroedert. De hossende menigte is altijd vóór een schaatser, nooit tégen iemand op het ijs. En dit straalt ook over op menig schaatser. Op Shani Davis bijvoorbeeld.
De Amerikaan voelt zich als in een warm bad in Thialf. Hij staat er om bekend dat hij af en toe in het oranje gekleed in het publiek gaat zitten (nonverbale communicatie!). Om de verbroedering te ervaren. Hij laaft zich aan de verbondenheid. En moedigt zelfs nog wel zijn Nederlandse concullega's aan. En dat straalt weer over op het schaatspubliek: Nederland houdt van Shani Davis. Davis maakt er geen geheim van dat hij ná zijn schaatscarrière wellicht kinderen wil leren schaatsen...in Friesland. Ook in zijn vaderland probeert hij dat gevoel vast te houden, bijvoorbeeld door zich te laten inspireren door een foto van Erben Wennemars (er hangt een briefje aan zijn koelkastdeur: "Would Erben Do This?", om snoepaanvallen te voorkomen).
De verbondenheid tussen publiek en topschaatser bestaat bij de gratie (in mindere of meerdere mate) van idolisering. Ik geef toe: toen ik vorige week met Ard Schenk op het ijs stond, deed dat ook iets met me. En ja, ik vond het ook leuk om met Ard op de foto te gaan. Bovendien had dat nog wel enige amusementswaarde: de prent werd gepubliceerd op mijn schaatssite Schaatsreporter.nl, waarop ik nieuws en achtergronden publiceer over schaatsen. Het geeft een persoonlijke touch.
Soms zijn er echter ook uitschieters in de communicatie van schaatspubliek richting schaatsidolen. Het spandoek "Rintje, ik wil een kindje" bijvoorbeeld. Het haalde de landelijke pers. En ook de wat jongere garde topschaatsers wordt geconfronteerd met soms de wat al te vérgaande behoefte aan verbondenheid. Ik hoorde vorige week nog van een topschaatser (hij rijdt vandaag op het NK) dat hij jarenlang last heeft gehad van een stalker. Brrr! Zeer ongezond! Dat kán niet de bedoeling zijn van verbondenheid in het schaatsen.
Ik ben benieuwd wat dit weekend gaat opleveren aan nonverbale communicatie. Eén ding is zeker: ik kan het van dichtbij gadeslaan: ik ben er bij dit weekend. meehossen en aanmoedigen. En uiteraard om verslag te doen op Schaatsreporter.
Zin om tijden mee te schrijven bij de tv? Download hier handige meeschrijflijsten.